Jeff Tesselaar: ‘Eén keer om je heen kijken en dan focussen’
Half mei bracht Jeff Tesselaar (2003) zijn p.r. op de meerkamp bij wedstrijden in het Spaanse Arona met bijna 300 punten omhoog naar 8035 punten. Hij kwalificeerde zich daarmee voor de EK. ‘Verrast? Ja, eigenlijk wel’, zegt hij over die prestatie. ‘Want ik had in het indoorseizoen te weinig punten behaald om me via de ranking te plaatsen.’ Maar als jonge atleet werd hij toch toegelaten tot het toernooi in Rome. ‘En daar ben ik ontzettend trots op.’
Hij deed ook aan schaatsen en voetballen, vóór hij op 12-jarige leeftijd definitief voor atletiek koos. ‘Maar bij de Spelen van Londen in 2012 – ik was toen een jaar of negen – wist ik al dat ik Olympisch atleet wilde worden’. De Spelen van Parijs komen te vroeg, maar voor volgend jaar hoopt hij op de EK indoor in Apeldoorn en misschien op de WK in Tokyo. ‘Ik wil het rustig opbouwen’, zegt Tesselaar, die in Amsterdam economie studeert.
Waar kwam de progressie naar de 8000 punten vandaan?
Tesselaar traint voornamelijk bij zijn club AAC in Amsterdam, waar Niels Kruller de hoofdtrainer is van de meerkamper. Daarnaast traint hij bij een aantal “specialisten”, deels ook op Papendal. ‘Belangrijk is dat ik zonder blessures heb kunnen doorwerken’, zegt Tesselaar. ‘En ervaring speelt zeker ook een rol. In het verleden liet ik me nog wel eens ontmoedigen door een teleurstellende prestatie, wat invloed had op het volgende onderdeel. Daar kon ik echt in blijven hangen, maar ik kan er nu beter mee omgaan.’ Tesselaar deed als verspringer mee aan de WK-U19 en eindigde vorig jaar als negende bij de EK-U23, maar ziet de EK als een “totaal andere wereld” dan de jeugdtoernooien. ‘Ik kom nu tussen de internationale sterren te staan en dat zal een heel andere beleving zijn’, verwacht hij.
‘Ik heb onlangs aan Anouk Vetter en Sven Roosen gevraagd hoe je daar mee om moet gaan’, vertelt hij. ‘Want ik wil niet als een toernooi-toerist naar Rome. Hun advies? Als je het stadion binnenkomt één keer goed om je heen kijken, maar daarna de focus verplaatsen naar je eigen prestaties’. En zo wil hij het dus aanpakken.